maandag 23 november 2009

Thema herfst


We hadden op stage het thema herfst en daar kun je eigenlijk heel veel leuke activiteiten bij bedenken.
Zelf heb ik met de kinderen een spinnetje gemaakt.
En daarbij nog een liedje over een spinnetje gezongen. Het is meer een versje. Hij gaat zo:

Een spinnetje, een spinnetje,
hij kriebelde mijn kinnetje,
hij kriebelde mijn rug,
en weer gauw terug.
Hij kriebelde langs mijn been,
op mijn grote teen,
en met een vlaagje wind,
naar een ander kind.

Hierbij had ik een nep spinnetje bij gebruikt. Dit is erg leuk voor de kinderen, want ze vinden spinnetjes vaak eng. Ik heb ze eerst laten voelen en bij het liedje mochten ze het spinnetje gebruiken. Erg leuk!

Ook heb ik met de kinderen in een kring gezeten, we hebben een thema tafel op de groep en daar lagen allerlei dingen op, zoals: kastanje,eikel,paddenstoelen.
De kinderen mochten wat van de tafel af halen en zo gingen we alle dingen benoemen. En daarbij nog een liedje zingen.

KDV de Kijkdoos

Dit is nou mijn 2e stage periode. Ik loop nou stage bij Kinderdagverblijf de Kijkdoos.
Deze is periode begon op 01-09-2009 en duurt tot 29-01-2010.
We hebben er 8 groepen;
3 babygroepen van 0-1.5 jaar (Rood,geel & paarse uil)
De groene uil, is van 1.5-2.5 jaar.
Blauw,oranje, roze & de regenboog uil is van 1.5-4 jaar.
Ik zit zelf op de regenboog uil.

Wat is VVE?


Voor- en vroegschoolse educatie (VVE) is onderwijs bestemd voor jonge kinderen met een (taal)achterstand. Via speciale onderwijsprogramma’s worden deze kinderen bijgeschoold, om een slechte start op de basisschool te voorkomen. De voorschoolse en vroegschoolse educatie begint op de peuterschool of de kinderopvang en loopt door tot in de eerste groepen van de basisschool. Er zijn verschillende programma’s voor voor- en vroegschoolse educatie.

Gewichtenregeling
De gemeente bepaalt welke kinderen in aanmerking komen voor voor- en vroegschoolse educatie. Om dit te bepalen gebruikt de gemeente de gewichtenregeling voor het basisonderwijs. Dit is een regeling waarbij gekeken wordt naar het opleidingsniveau van de ouders. Op basis hiervan maakt de gemeente een inschatting of een kind gebaat is bij voor- en vroegschoolse educatie.

Programma’s VVE
Er zijn diverse programma's voor voor- en vroegschoolse educatie. De gemeente kiest welk programma er op de voor- en vroegschoolse opvang wordt gebruikt. De meest gebruikte programma’s zijn Piramide en Kaleidoscoop.

Piramide
Piramide is geschikt voor kinderen tot 7 jaar van allochtone afkomst of met een (taal)achterstand. Al spelend verkennen de kinderen verschillende thema’s en leren ze over de wereld om hen heen. Daarnaast besteedt Piramide veel aandacht aan taalonderwijs. Voor kinderen uit achterstandssituaties is er een speciaal programma waarbij ze extra individuele aandacht krijgen.


Kaleidoscoop
Het programma Kaleidoscoop is bestemd voor peuters en kleuters. Het programma voor kinderen uit groep 3 en 4 is nog in ontwikkeling. Kaleidoscoop gaat er vanuit dat kinderen kennis verwerven en vaardigheden ontwikkelen door actief betrokken te zijn bij mensen, materialen, gebeurtenissen en ideeën. De leerkrachten observeren de kinderen en passen hier de activiteiten op aan, zodat kinderen zich zo goed mogelijk ontwikkelen.

Bron: http://www.postbus51.nl/nl/home/themas/onderwijs/speciaal-onderwijs-en-leerproblemen/onderwijsachterstanden-en-onderwijskansen/wat-is-voor--en-vroegschoolse-educatie-vve.html

maandag 26 oktober 2009

Stage periode 1

Vorig jaar hebben we stage gehad. Van 03-02-2009 t/m 26-06-2009.
Ik had stage op Kinderdagverblijf de Parasol. Er waren 4 groepen: Rood, groen, geel en blauw.
Zelf zat ik op de rode groep het waren allemaal verticale groep met kinderen van 0-4 jaar.
De blauwe groep was van het roessingh en daar zaten therapeutische kinderen. Dus eigenlijk hadden ze daar zelf 3 groepen. In augustus ging de blauwe groep daar weg, ze gingen verhuizen naar het Roessingh-gebouw. Dit heb ik zelf niet gezien, omdat ik toen al weg was daar
Ik vond het er erg leuk en heb deze stage met een voldoende afgerond!



Rondje advies

Tussen de leeftijd van 0 en 4 jaar komt claimgedrag veel voor. Kinderen moeten in deze fase nog emotioneel zelfstandig worden en als ouder moet je de balans nog vinden tussen toegeven en grenzen stellen. Als je peuter merkt dat je alles doet om het hem naar de zin te maken, gaan ze steeds meer van je verwachten.

Structureer het geven van aandacht. Je kunt onmogelijk 12 uur per dag aandacht voor een kind hebben en je kind moet ook leren dat dit niet zo is. Hoe regelmatiger er ´echte´ aandacht is, hoe eerder je kind leert in de tussentijd zelf zijn bezigheden te zoeken.

Het is belangrijk dat je je kind van jongs af aan in kleine stapjes leert dat het emotioneel moeilijke dingen ook zelf kan. Dat geeft je kind basiszekerheid.
Om je kind te leren iets zelfstandiger en minder claimend te zijn kun je bijv. Er een gewoonte van maken dat je alleen naar de wc gaat en je kind even alleen laten. Laat je kind even in slaap huilen en kom alleen af en toe langs ter bemoediging. Help hem met spelen alleen even op weg, zo stimuleer je het alleen spelen.

Ligt dit aan mij?
Ja, want als je toegeeft weet het kind dat. Het is beter om het telefoongesprek af te maken en tegen het kind te zeggen dat je aan het telefoneren bent en dat hij gewoon moet wachten totdat mama klaar is met bellen. Hij kan bijvoorbeeld gewoon verder kleuren.

Doe ik het wel goed?
Nee ze doet het niet goed, anders zou het kind wel weten dat het niet op zo’n manier aandacht hoeft te vragen.

Hoe pakken jullie dit aan?
Op het moment zelf aanspreken, het telefoongesprek gewoon afmaken. Anders vraagt hij elke keer opnieuw aandacht.

Tips
Positief te benaderen, gedrag negeren, er wel op in gaan en hem duidelijk waarschuwen. Bijv. dat als hij niet luistert moet hij op de gang zitten. Dan doorgaan met je telefoongesprek, luistert hij dan nog niet dan consequent zijn en hem ook naar de gang sturen.

Wanneer is een kind er aan toe om zindelijk te worden?

Het kind moet lichamelijk in staat zijn om aan te voelen wanneer hij plassen of poepen moet. In eerste instantie zal je kind zich er wel bewust van zijn dat hij nu moet plassen of poepen maar kan dat nog niet van te voren aan zien komen. Pas later zal hij zich ook bewust worden van de aandrang en weten wat er aan de hand is vóór het gaat gebeuren. Als ouder merk je vaak dat je kind bezig is zijn luier vies te maken aan een bepaalde houding of een blik in zijn ogen.
Je kunt hem hier zelf opmerkzaam op maken door te vragen of hij aan het plassen is bijvoorbeeld.
Naast aanvoelen dat de aandrang er is, moet het kind ook voldoende controle over zijn sluitspier hebben. Om het op te kunnen houden als dat nodig is en om te laten gaan wanneer hij op het potje of op de wc zit. Meestal is dit zo rond het tweede jaar. Meisjes zijn over het algemeen wat eerder zindelijk dan jongens.
Begin je te vroeg of ben je te gespannen bezig met zindelijk maken van je kind dan kan dit leiden tot angst en onzekerheid. En zo wordt het alleen maar lastiger voor je kind om zindelijk te worden. Voorkom ook vooral dat het een machtstrijd wordt tussen jou en je kind, want dat ga jij verliezen: je kind kan zelf bepalen wanneer hij plast of poept, niet jij.

Als je kind er lichamelijk aan toe is komt de volgende stap. Hij moet hij nu zelf de zin van potjes en op de wc plassen in gaan zien, en zelf graag afstand van die (vieze) luier willen doen. Heb je het idee dat je kind er lichamelijk klaar voor is probeer dan zijn belangstelling te wekken. Zet een leuk potje binnen handbereik en maak duidelijk wat de bedoeling is. Bijvoorbeeld door hem erop te zetten als je denkt dat hij moet plassen/poepen, of door hem te laten kijken wat pappa en mamma doen op de grote wc.
Word niet boos als je kind niet op het potje gaat zitten, maar prijs hem als hij er wel op gaat zitten, met of zonder luier. Als er ook nog een keer een plas of een poepje in valt zal hij apetrots zijn.
Dwing je kind niet en houd er rekening mee dat er zeker de eerste tijd nog veel "ongelukjes" zullen gebeuren. Zeker als hij aan het spelen is zal hij niet altijd op tijd aan dat potje denken. En als het kind er de leeftijd voor heeft zal het zindelijk worden haast vanzelf gaan.
En moet je je kind nu belonen of niet? Het beste is natuurlijk als je kind er zelf plezier in krijgt en op het potje plassen. Stel hem in ieder geval geen grote beloning in het verschiet (veel kleine kinderen begrijpen dat toch nog niet) maar prijs hem direct elke keer dat hij zelf aangeeft te moeten plassen of poepen of als hij het potje heeft gebruikt.
Je kunt, als je een beloning wilt geven, bijvoorbeeld een stickerkaart gebruiken. Maak een plaat, hang deze op in het toilet, badkamer en spreek met je kind af dat hij een stickertje of een plaatje krijgt wanneer hij op de wc/potje heeft geplast. Wanneer er bijvoorbeeld 10 stickertjes zijn geplakt krijgt hij een klein cadeautje of iets wat hij leuk vindt om te doen.
Kortom, prijs je kind als het lukt. Maar... straf het vooral niet als het eens een keer niet goed gaat. Besteed er gewoonweg niet te veel aandacht aan en ruim de troep op. Volgende keer beter!

Bron:http://www.allesoverkinderen.nl/ne_zindelijkheid.htm

Wat is Peuterpubertijd?

De peuterpuberteit met al haar mogelijke perikelen begint meestal rond de 18 maanden en duurt zo tot de kleutertijd. Tijdens deze periode ontdekt de peuter dat hij een ander wezen is dan zijn ouders. Hij leert hoe de wereld in elkaar steekt en gaat grenzen uittesten. In feite heeft de peuterpuberteit redelijk veel weg van de gewone puberteit: je kind probeert zelfstandig te worden.
Het probleem met peuters is dat ze natuurlijk nog maar vrij weinig zelf kunnen. Dit staat hun zo gewilde zelfstandigheid behoorlijk in de weg en dat leidt tot frustraties en soms zelfs angst. Verder hebben ze last van stemmingswisselingen, wat voor henzelf ook best verwarrend kan zijn. Het ene moment voelen ze zich ontzettend blij en het volgende zijn ze bang of verdrietig.
Ook zijn ze op deze leeftijd nog erg ongeremd. Ze moeten zich nog leren beheersen. Het kan regelmatig voorkomen dat je kind zo wordt meegesleept door zijn emoties, dat er geen land mee te bezeilen is.


Niet alleen de peuter raakt in deze periode gefrustreerd.
Voor ouders kunnen de buien van een peuter een ware aanslag op hun gemoedstoestand zijn.
Het is moeilijk om te zien wat er in het hoofd van je kind omgaat, omdat de peuter nog niet in staat is om goed te communiceren. Het kan dus voor een ouder ook erg frustrerend zijn om maar niet te begrijpen wat je kind bedoelt. Je wilt je kind zo graag helpen, maar weet niet hoe. Als je peuter echt door het lint gaat, kun je flink kwaad worden of zelfs bang zijn voor het gedrag van je kind.
Sommige ouders maken zich zorgen over deze gevoelens en vragen zich wanhopig af of ze wel goede ouders zijn.
Sommige peuters hebben nauwelijks tot geen last van driftbuien. Hierdoor zijn mensen geneigd om de ouders de schuld te geven wiens kind wel last heeft van heftige uitspattingen. Dit is echter niet gegrond. Als ouder kun je er niets aan doen of je kind een driftbui krijgt of niet. Maar waar je als ouder wel invloed op hebt, is de manier waarop je met zo'n driftbui omgaat.

Liever niet doen:
Straffen, toegeven & onderhandelen.

Wat wel goed is:
Afleiden, positief gedrag belonen, op lichaamstaal letten, "nee" geen kans geven, zoveel mogelijk zelf laten doen, duidelijk en concequent zijn, ongewenst gedrag bespreekbaar maken, toon begrip voor zijn gevoelens, een time-out inlassen, routine handhaven.

Bron: http://www.allesoverkinderen.nl/ne_zindelijkheid.htm

dinsdag 20 januari 2009

Waarom spelen kinderen?

Spelen is belangrijk voor kinderen. Het is niet alleen leuk, maar vooral ook onmisbaar voor een evenwichtige ontwikkeling van motoriek, zintuigen, taal, ruimtelijke inzicht, creativiteit, kennis en sociale vaardigheden.
Om te kunnen spelen moeten kinderen beschikken over voldoende speelruimte van goede kwaliteit, zowel buiten als binnen, en over goed speelgoed. De samenleving is volop in beweging. Veel ontwikkelingen zijn direct of indirect van invloed op het spel van kinderen. Zo staan de kwantiteit en de kwaliteit van de buitenspeelruimte sterk onder druk en wordt het spel van kinderen beïnvloed door de opkomst van computerspellen en nieuwe communicatiemiddelen.
Ook veranderende inzichten op het gebied van bijvoorbeeld veiligheid en eigen verantwoordelijkheid zijn van invloed op de omstandigheden waaronder kinderen (kunnen) spelen.


Bron: http://www.speelraad.nl/waarom.htm

Wat ik ga ik doen na mijn opleiding.



Na mijn opleiding ga ik stoppen met school. Je kan ook niveau 4 doen, of iets anders er achter aan. Maar ik ben er wel uit, ik weet zeker dat ik hierna niet verder wil. Ik wil graag werken op een kinderdagverblijf in Enschede. En het kan ook, ik hoef niet persee niveau 4 erbij doen. Ik heb al 2 keer stage gelopen, 1 keer op een kinderdagverblijf en 1 keer op een BSO. En dat was echt super leuk!! Vanaf 3 Februari hebben we weer stage. Ik wil graag met kleine kinderen werken ( 0-4 jaar )

Kinderen hele dagen naar het Kinderdagverblijf

Sommige mensen die veel werken, brengen hun kinderen de hele week, elke dag, naar het kinderdagverblijf.
Het is wel goed voor de sociale contacten van het kind. Maar toch op de een of andere manier vind ik het zielig. Ik zou mijn kind nooit elke dag naar het kinderdagverblijf sturen.
Oké, als het niet anders kan zal het wel moeten. Maar vaak kan je wel iets anders regelen.
Of je kind gaat naar de opa's en oma's toe, of je regelt een oppas.
Ik zou het niet fijn vinden, dat mijn kind de hele week ( en de hele dag ) op het kinderdagverblijf zit. Misschien dat ik er later anders over denk, maar ik zou het liefst willen dat mijn kind er ongeveer 2 dagen op zit!

Kinderen stimuleren




Ik heb stage gelopen op een kinderdagverblijf.
En vaak (soms) zit er 1 kindje tussen die nooit met anderen wil spelen. Hij wil alleen maar alleen spelen, hij wil niks delen. De andere kindjes weten dat en betrekken hem/haar er dus ook niet meer bij, bij het spelen. Ik heb dat dus gezien.



In zo'n geval weet ik dus niet wat ik moet doen.
Hoe zou ik een kind kunnen stimuleren om samen met anderen te spelen ????
Ik zou graag reacties van jullie willen.....




Kleuters op het kinderdagverblijf die nu al te dik zijn


Ik heb in mijn bibliotheek map een Krantenbericht geplaatst.
Dat ging over kinderen die op kleuterleeftijd al
te zwaar zijn.
Maar stel je werkt op een kinderdagverblijf en je werkt op een groep en daar
zit al een heel dik kindje in.
Maar zijn/haar ouders geven het kind alleen maar slechte dingen mee naar school. Hij mag snoep halen, chips geven ze hem mee. Terwijl hij al aardig dik is!

Wat zouden jullie in zo'n situatie doen?
Het kind gewoon het laten op eten, omdat die het toch maar van zijn ouders krijgt ?????

Kinderen die al vroeg te zwaar zijn.

Kinderen die al vroeg te zwaar zijn, hebben een lage levenskwaliteit, vergelijkbaar met leeftijdsgenootjes die kanker hebben.
Al op kleuterleeftijd krijgen zij de stempel opgedrukt dat zij dom, gemeen en lelijk zijn. Zelfs door hun eigen ouders en leraren, blijkt uit een rapport van Amerikaans onderzoekers in Psychological Bulletin.
Niet alleen hebben jonge mensen met overgewicht last van afwijzing, pesten en andere vormen van mishandeling. Ook geven ze twee tot drie keer vaker aan dat zij zelfmoordgedachten hebben en hebben ze vaker lichamelijke klachten als een hoge bloeddruk en eetproblemen.
De onderzoekers van Yale University en de Universiteit van Hawaii hebben veertig jaar onderzoek bestudeerd en zijn tot deze nieuwe beschouwing van overgewicht gekomen. Overgewicht bij kinderen neemt toe. De onderzoekers verwachten dat in 2010 bijna 50 procent van alle kinderen in Noord-Amerika te zwaar zijn.
In de EU zal dat 38 procent zijn. Zij vinden dat er niet alleen aandacht moet worden besteed aan programma's die overgewicht tegen gaan, maar dat te zware kinderen ook beschermd moeten worden tegen de negatieve, psychologische gevolgen.

Bron:http://www.preventievegezondheidszorg.com/kinderenkrant.php

maandag 19 januari 2009

Thematafel


Dit was onze Thematafel.
Ons onderwerp voor de thema tafel was water.
Er was van alles op de tafel te vinden.
Er stonden: Boekjes over water, Kleurplaten, Knutselactiviteiten, Een kom met water en eendjes erin, Washandje, Zeepjes, Liedjes enz.
De tafel was versierd met visjes.